In het Staatsblad van 24 juli 2020 verscheen het Decreet van 17 juli 2020 tot validering van de sectorale milieuvoorwaarden voor windturbines. Het nieuwe decreet fungeert als een noodoplossing en moet de vergunningen voor windturbines veiligstellen nu het Hof van Justitie op 25 juni 2020 (C-24/19) besloot dat de Vlaamse milieuregels (VLAREM II) voor het vergunnen van windmolens een milieueffectrapport (MER) vereisen.
Op 25 juni 2020 oordeelt het Hof van Justitie dat het Vlaams regelgevend kader inzake windturbines in strijd is met de plan-MER-richtlijn (2001/42/EG), gezien de Vlaamse regelgeving nooit het voorwerp heeft uitgemaakt van een plan-MER en daarom onwettig is. De impact van de uitspraak is verstrekkend. Zo dreigt het risico dat operationele windturbines moeten stilgelegd worden en geen vergunningen voor nieuwe windturbines kunnen verleend worden wegens onwettigheid van de VLAREM II-normen. Daarmee komen niet alleen de doelstellingen voor hernieuwbare energie ernstig in gevaar. Mogelijk komt daarnaast ook de energiebevoorrading in het gedrang.
De uitspraak van het Hof van Justitie verplicht Vlaanderen om voor de sectorale normen van windturbines een plan-MER op te stellen. Maar dat vergt tijd. In de Commissievergadering van 8 juli 2020 van de Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie schatte Zuhal Demir “dat de opmaak van een plan-MER minstens twee jaar in beslag zal nemen, op grond waarvan nieuwe normen kunnen worden vastgesteld. Dat betekent dat in de periode van drie jaar nog maar zeer moeilijk rechtszekere vergunningen kunnen worden afgeleverd. De rechtszekerheid van bestaande windturbines is ook allerminst verzekerd.”
In dezelfde commissievergadering lanceerde de minister van Omgeving het voorstel van een decretale validatie van de sectorale milieuvoorwaarden voor windturbines als juridische noodoplossing.
Inmiddels is het nieuwe Decreet van 17 juli 2020 tot validering van de sectorale milieuvoorwaarden voor windturbines een feit en in werking getreden. Het nieuwe decreet voegt aan titel V, hoofdstuk 4 van het DABM een afdeling 6 ‘Bijzondere validatie’ toe.
Artikel 5.4.15 dat aan de nieuwe afdeling 6 DABM is toegevoegd, bepaalt dat “(…). De geldigverklaring geldt tot de datum van inwerkingtreding van de nieuwe sectorale normen voor installaties voor het opwekken van elektriciteit door middel van windenergie die de Vlaamse Regering na uitvoering van een milieueffectenbeoordeling goedkeurt en houdt in alle geval op te bestaan na een periode van maximaal drie jaar vanaf de inwerkingtreding van dit artikel. (…)”.
Artikel 5.4.16 dat eveneens aan afdeling 6 DABM is toegevoegd, stelt de opmaak van een MER en de opmaak van nieuwe sectorale normen in het verschiet en luidt: “De Vlaamse Regering stelt nieuwe sectorale normen vast voor installaties voor het opwekken van elektriciteit door middel van windenergie, die binnen een termijn van maximaal drie jaar vanaf de inwerkingtreding van dit artikel in werking treden. Die sectorale normen worden onderworpen aan een voorafgaande milieueffectbeoordeling overeenkomstig titel IV, hoofdstuk II.".
Intussen is het uitkijken naar de opmaak van een milieueffectrapport en de opmaak van nieuwe sectorale normen door de Vlaamse Regering.
Lees hier het nieuwe decreet
Lees hier arrest C-24/19 van het Hof van Justitie
Lees hier het verslag van de Commissievergadering van 8 juli 2020