Met dank aan de Europese Commissie Juncker, kreeg het woord fitness een nieuwe betekenis. Dat de Commissie belangrijke delen van het Europees omgevingsrecht aan een fitness check onderwerpt, heeft niets te maken met enige bezorgdheid na te gaan of deze regelgeving nog ‘springlevend’ is. Het betreft integendeel een ijskoude analyse of de betrokken wetgeving nog ‘fit for purpose’ is. Over welke ‘purpose’ het daarbij precies gaat, wordt ongetwijfeld een check op zich, in de economisch verdachte tijden waarin we leven.
Is ons Vlaams omgevingsrecht nog ‘geschikt voor dienst’? Die vraag is best wel confronterend. Ons recht wijzigt zo frequent, dat dit soort existentialistische vragen wat aan ons voorbij lijkt te gaan. De wijzigingen beperken zich overigens niet tot het recht; ook onze rechtscolleges zijn een perpetuum mobile geworden. Zo hebben we sinds kort een ‘Dienst van de Vlaamse Bestuursrechtscolleges’ (DBRC). Gelukkig is er Annelies Maes om ons bij te praten over de nieuwe procedureregels.
Dat het recht natuurlijk altijd een beetje zal moeten wijzigen, om afgestemd te blijven op onze gewijzigde samenleving(svormen), maakt Bram De Smet duidelijk in zijn bijdrage over het (nieuw samengesteld) gezin als hoeksteen van het omgevingsrecht.
Hendrik Schoukens ziet de ‘purpose’-bui al hangen, zo blijkt uit zijn aanklacht over de recente rechtspraak van het Hof van Justitie inzake de toegang (of beter het gebrek daaraan) van milieuverenigingen om EU-milieubesluiten voor de Europese rechter aan te vechten. Vanuit eenzelfde invalshoek ontmaskert de Avosetta Groep het ware gelaat van de door de Europese Commissie nagestreefde Bett er Regulati on inzake milieubeleid.
Moeten we misschien de stilte rehabiliteren in het omgevingsrecht? Uitgerekend op het moment dat Nederland de stilzwijgende vergunning definitief naar de prullenmand verwijst, staat ons Vlaams Regeerakkoord er bol van (Isabelle Larmuseau).
Allesbehalve stil is dit TOO-nummer, met een overdaad aan welluidende bijdragen over onder meer grenzeloze bodemverontreiniging, het recht op gezonde lucht voor stedelingen en op minder parkeerplaatsen voor Brusselaars, (stedenbouwkundige) ‘lommer en kwel’ bij zonnepanelen, het integratie- of dwaalspoor inzake de plan-MER, ‘vleermuizenissen’ bij windenergieprojecten, para-agrarische duiven als nieuwe vogelsoort, het omgaan met exotische dieren in de Vlarem-context en met grote aantallen konijnen in een stedenbouwdossier, (alweer) hommeles op de Vlaamse trage wegels, een bouwinspectie die een ‘nieuwe deuk’ krijgt of zich (soms) te veel bezig houdt met ‘prutsen’ maar dan weer wel Jeroen Brouwers (bijna) op de knieën krijgt, de RvVb die het eigendomsrecht verdedigt, stedenbouwkundige problemen op en rond op- en afritten van autosnelwegen, generatiewissels in de landbouw, tot zelfs openbare zeden- en goede ruimtelijke ordeningsproblemen om en rond parenclubs.
Op basis van deze overvloed aan bijdragen, zou een Vlaamse fitness check op alarmerende boulimie kunnen wijzen. Geen nood, het jaar is nog jong, en het moment dus ideaal om nog snel iets aan onze Body Mass Index te doen.
Hou met TOO de vinger aan de pols van het omgevingsrecht en het omgevingsbeleid.
Hou met TOO de vinger aan de pols van het omgevingsrecht en het omgevingsbeleid.